Gezocht naar synoniemen voor 'had':
Dezelfde betekenis (synoniemen)
als vervoeging van hebben:
1
het gehad hebben, het beu zijn, er klaar mee zijn, er genoeg van hebben
Betekenis:
niet langer willen of kunnen verdragen
Voorbeeld:
Ze heeft het gehad met zijn gedrag, ze trekt het niet meer.
2
bezitten, beschikken over, in bezit zijn van, bevatten
Betekenis:
iets als eigendom hebben
Voorbeeld:
Hij heeft een grote verzameling oude munten.
3
in huis hebben, huisvesten, herbergen
Betekenis:
onderdak of ruimte bieden aan iets of iemand
Voorbeeld:
We hebben een paar gasten in ons huis voor het weekend.
4
(als hulpwerkwoord)
Betekenis:
gebruikt in combinatie met een voltooid deelwoord om een handeling in het verleden aan te duiden
Voorbeeld:
Ze heeft de boodschappen al gedaan vandaag.
5
krijgen, verkrijgen, bemachtigen, verwerven, ontvangen
Betekenis:
iets ontvangen of als bezit verkrijgen
Voorbeeld:
Hij heeft eindelijk de promotie gekregen waar hij zo hard voor heeft gewerkt.
Bijna-hetzelfde
STORE
BRON: Mick
Ziet u fouten in de woordenlijst? Of staan er ongewenste woorden tussen? Laat dan hier een bericht voor mij achter.