Dezelfde betekenis (synoniemen)

3 geslachtsdelen, voortplantingsorganen, genitaliën, geslacht, geslachtsapparaat, geslachtsdeel, geslachtsorgaan

Betekenis:

De geslachtsdelen van een persoon.

Voorbeeld:

Tijdens het onderzoek bedekte hij zijn kruis met een deken.

4 kruisteken, kruising, dat_werd_tijd, hybride, halfbloed

Betekenis:

Een hybride of vermenging van twee verschillende soorten.

Voorbeeld:

Dit nieuwe appelras is een kruis van twee oudere rassen.

5 kruisteken

Betekenis:

Een religieus symbool, vaak gebruikt bij zegenen.

Voorbeeld:

De priester maakte een kruis met zijn hand.

6 staart, zitvlak, achterwerk, munt

Betekenis:

Het achterste deel van een mens of dier.

Voorbeeld:

Hij viel op zijn kruis toen hij uitglipte op het ijs.

7 tegenspoed, beproeving, bezoeking, kruisweg, marteling

Betekenis:

Een last of beproeving waarmee iemand moet omgaan.

Voorbeeld:

De ziekte was een zwaar kruis om te dragen.

STORE 

BRON: Open Multi-Lingual WordNet, https://omwn.org/

Ziet u fouten in de woordenlijst? Of staan er ongewenste woorden tussen? Laat dan hier een bericht voor mij achter.