Dezelfde betekenis (synoniemen)

als zelfstandig naamwoord:

1 zak

Betekenis:

Een voorwerp om spullen in mee te dragen

Voorbeeld:

Ze droeg haar boeken in een stevige tas.

2 handtas, tasje

Betekenis:

Een kleine draagtas, doorgaans door vrouwen gebruikt

Voorbeeld:

Ze koos een bijpassende handtas voor haar outfit.

3 rugzak, sporttas, boodschappentas, zak

Betekenis:

Een grotere draagtas voor specifieke doeleinden

Voorbeeld:

Hij stopte zijn voetbalschoenen in zijn sporttas.

4 beker, bak, kop

Betekenis:

Een drinkgerei voor warme dranken

Voorbeeld:

Hij schonk koffie in een grote tas.

5 jat, mok, beker, kop, cup

Betekenis:

Een handvat of uitsteeksel om drank uit te drinken

Voorbeeld:

Ze nipte rustig van haar mok warme chocolademelk.

6 hoofdje, kop, opschrift

Betekenis:

Een humoristische aanduiding voor hoofd

Voorbeeld:

Na de lange dag voelde zijn tas zwaar van de moeheid.

als werkwoord:

7 verpakken, zak

Betekenis:

Verpakken of inpakken van spullen

Voorbeeld:

Ze tas de kleren in koffers voor de reis.

STORE 

BRON: Open Multi-Lingual WordNet, https://omwn.org/

Ziet u fouten in de woordenlijst? Of staan er ongewenste woorden tussen? Laat dan hier een bericht voor mij achter.