Gezocht naar synoniemen voor 'thuis':
Dezelfde betekenis (synoniemen)
als zelfstandig naamwoord:
1
huis, onderdak, woonruimte, onderkomen, oord, stek, verblijf
Betekenis:
een plek waar iemand woont, zoals een huis of onderkomen.
Voorbeeld:
Na een lange reis is het altijd fijn om thuis te komen.
als bijvoegelijk naamwoord:
2
eigen, vertrouwd, bekend met
Betekenis:
vertrouwd en bekend met de omgeving of situatie.
Voorbeeld:
Je voelt je pas echt thuis wanneer je vertrouwde spullen om je heen hebt.
STORE
BRON: Mick
Ziet u fouten in de woordenlijst? Of staan er ongewenste woorden tussen? Laat dan hier een bericht voor mij achter.