Dezelfde betekenis (synoniemen)

als zelfstandig naamwoord:

als werkwoord:

2 aanwijzen, bestemmen, reserveren, toebedenken, toedenken

Betekenis:

to allocate or designate for a specific purpose

Voorbeeld:

We moeten een budget uittrekken voor het nieuwe project.

3 opsommen, excerperen, extraheren, recapituleren, resumeren, samenvatten

Betekenis:

to summarize or extract main points

Voorbeeld:

Kun je de belangrijkste punten uit de tekst uittrekken?

4 uitpakken, uitkleden, ontkleden

Betekenis:

to take off clothes or unpack something

Voorbeeld:

Voordat je naar binnen gaat, moet je je schoenen uittrekken.

STORE 

BRON: Open Multi-Lingual WordNet, https://omwn.org/

Ziet u fouten in de woordenlijst? Of staan er ongewenste woorden tussen? Laat dan hier een bericht voor mij achter.