Dezelfde betekenis (synoniemen)

1 veren

Betekenis:

Snel bewegen of schommelen van links naar rechts of omgekeerd.

Voorbeeld:

De takken van de bomen zwiepten heen en weer in de wind.

2 flikkeren, gooien, jenzen, kegelen, keilen, kieperen, knikkeren, kogelen, kukelen, kwakken, lazeren, mikken, plompen, werpen

Betekenis:

Met een krachtige beweging iets wegwerpen.

Voorbeeld:

Hij zwiepte de bal over de schutting.

STORE 

BRON: Open Multi-Lingual WordNet, https://omwn.org/

Ziet u fouten in de woordenlijst? Of staan er ongewenste woorden tussen? Laat dan hier een bericht voor mij achter.