Dezelfde betekenis (synoniemen)

1 lid, compagnon, medewerker

Betekenis:

Een persoon die deel uitmaakt van een groep of samenwerkingsverband.

Voorbeeld:

Hij is al jaren partner bij dit advocatenkantoor.

2 makker, maatje, maat

Betekenis:

Een metgezel of kameraad, vaak in een informele groep of setting.

Voorbeeld:

Hij is mijn partner in onze wekelijkse schaakmiddag.

3 vennoot, deelgenoot, compagnon

Betekenis:

Een persoon met wie men een zakelijke samenwerking aangaat.

Voorbeeld:

Zij zijn al jaren partners in de textielindustrie.

4 mede-eigenaar, bezitter, drager, eigenaar, huiseigenaar, patroon

Betekenis:

Iemand die mede-eigenaar is van een eigendom of onderneming.

Voorbeeld:

De partners investeerden gezamenlijk in het nieuwe pand.

6 echtgenoot, levenspartner, wederhelft

Betekenis:

Een echtgenoot of levensgezel met wie men een langdurige relatie heeft.

Voorbeeld:

Hij stel je voor aan mijn partner, we zijn al tien jaar gehuwd.

STORE 

BRON: Open Multi-Lingual WordNet, https://omwn.org/

Ziet u fouten in de woordenlijst? Of staan er ongewenste woorden tussen? Laat dan hier een bericht voor mij achter.